Democratie tijdens fusieproces is ver te zoeken

Signalering van “Een links verhaal” van Coen van de Ven
Coen van de Ven schrijft  als een van de eersten over de naderende fusie van Partij van de Arbeid met Groen Links. Zijn verslag begint in 2021, pal na een verkiezingsnederlaag van de PvdA bij de Tweede Kamerverkiezingen.
Van de Ven had ook eerder met zijn beschrijving kunnen beginnen. Denk aan:

  • Bonger en zijn “Problemen van democratie” uit de jaren twintig;
  • SDAP congres in 1938 dat socialisme en democratie als gelijkwaardig stelde;
  • Oprichting van de volkspartij Partij van de Arbeid in 1949;
  • De actie “Tussen leden en leiders” in 2013 om de partijdemocratie in de PvdA te moderniseren.

Van der Ven zag gebrekkig democratisch gehalte van de fusieplannen

Parlementaire context werd genegeerd
Het gaat om  “Een links verhaal”, hoe GroenLinks en de PvdA ondanks alles één werden, en een artikel in De Groene Amsterdammer van 25 september 2025: “PvdA, Op zoek naar bestaansrecht” (Overbruggen van verschillen tussen Partij van de Arbeid en GroenLinks).
Boek en artikel vormen een eerste kroniek van de groeiende samenwerking van volksvertegenwoordigers van beide politieke partijen en hun streven om beide te laten fuseren.

Van de Ven schetst de ontwikkeling naar een fusie in de parlementaire context met alle coalitiedilemma’s.
Op het toneel kiest Van de Ven personages als volksvertegenwoordigers van Groen Links en PvdA die acteren tegen de achtergrond van de verkiezingsnederlagen van 2017, 2021 en 2024.

Aandacht krijgt een “good cop – bad cop” – routine tussen de actiegroep RoodGroen en de twee partijvoorzitters. Uitleg van diverse ideologische en emotionele drijfveren van de personages en partijen maakt deel uit van de situatieschets. De journalistiek opgezette beschrijving fly on the wall leest als een soap. Je kunt af en toe een hoofdstukje lezen, maar “binge” kan ook.

Aandacht krijgt ook de vraag hoe de operatie van samenwerking en fusie zich verhoudt tot het al ruim een decennium afnemende democratische gehalte van de vereniging Partij van de Arbeid. Het valt op waar niet over geschreven is. Vanuit zijn positie als “embedded” journalist zag Van de Ven het gebrekkige democratische gehalte van het fusieproces niet over het hoofd. Zijn focus lag op het onderlinge gedrag van de spelers in de partijtoppen.

Tijdens het verloop van de (goed leesbare) soapverhalen over de wederwaardigheden van linkse bn’ers werd de PvdA intern gedisciplineerd. Het ging het toch al omvangrijke bestek van het linkse verhaal te buiten om te beschrijven hoe, naast de interessante verhalen, de PvdA-partijtop gelijktijdig haar partijdemocratie ontmantelde.

Lange aanloop

Van de Ven beschrijft om te beginnen de lange aanloop naar samenwerking.
Met het verschijnen van het rapport van de Club van Rome kreeg “Links van het Midden” een belangrijk punt aangereikt, milieupolitiek. Aandacht voor de omvangrijke milieuproblematiek vergt brede en gedragen standpunten, en dus compromissen. De passende organisatievorm is die van “the big tent”.
Een big tent kan niet zonder een robuuste partijdemocratie die de vorming van compromissen zo vreedzaam mogelijk doet verlopen.

De big tent is aan het ontstaan: de Politieke Partij Radicalen (PPR), de Pacifistisch Socialistische Partij (PSP) en Communistische Partij Nederland (CPN) fuseerden en doopten zich om tot GroenLinks.
Vandaag de dag is de vraag actueel of de fusieclub GL op haar beurt nog eens moet gaan fuseren, en nu met de PvdA.
D66 dat zich sinds 1966 beijvert voor een stevig milieubeleid alsmede een sterk progressief links van het midden staat geheel buiten de fusievraag.

“Eén links verhaal” vertelt hoe in 2021 de Tweede Kamerfractieleiders van PvdA (Ploumen) en GL (Klaver) elkaar regelmatig in een Noord- Hollands buitenhuisje troffen. Zij wilden het met elkaar eens worden over een samenwerking tussen twee fracties. Het was een samenwerking die uit moest groeien tot de organisatorische fusie van hun twee politieke verenigingen. Behoedzaam spraken zij aanvankelijk over samenwerking tussen de twee Kamerfracties. Waar zij “samenwerking” zeggen, bedoelden zij vaak al “fusie”.

In de PvdA voert Ploumen de gesprekken op eigen houtje.
Van de Ven citeert Ploumen daarover: “je kunt beter achteraf vergiffenis vragen dan vooraf toestemming”, zo luidt een aan zichzelf afgegeven vrijbrief om te handelen van een in rooms-katholieke sfeer opgegroeide politica.
Het citaat staat er natuurlijk niet voor niets. Voor Ploumen bleek het sociaaldemocratisch karakter van de politieke vereniging PvdA van minder belang. Het bleek overigens eenvoudig om met een “voor U maar zonder U” de PvdA vereniging openlijk opzij te schuiven. (Sociaal Democraat Bonger zou honderd jaar geleden al gesteld hebben dat verantwoording afleggen voor een volksvertegenwoordiger nu eenmaal de kern van democratisch handelen is. En wat geldt in de grote buitenwereld geldt zeker tussen leden en leiders in de sociaaldemocratische vereniging zelf (red).
Het “Voor u maar zonder u” gold in mindere mate voor Klaver. Hij nam zijn fractie en bestuur wel mee in de gesprekken met Ploumen.

Het door Klaver en Ploumen beoogde samengaan van twee fracties werd in 2021 door de PvdA-fractie meteen al geblokkeerd. De PvdA-fractie vond overigens wel dat het samengaan met GL belangrijker was dan het opzetten van een nieuwe Paarse Coalitie met D66 en VVD. Daarop volgde “Rutte 4” en was de mogelijkheid van deze tweede grote Paarse Coalitie voorbij.
De PvdA-top zette wel door. De Tweede Kamerfracties moesten samen gaan en de twee verenigingen moesten fuseren. De “fusietrein” was in beweging gezet. Om te weten hoe dat allemaal in zijn werk ging, is “Een links verhaal” zeer lezenswaardig.

Anekdotes

Van de Ven noteert, naast de uitspraak van Ploumen over vergiffenis, nog twee opmerkelijke anekdotes die reliëf bieden aan de houding van de fractievoorzitter in de Tweede Kamer en de Partijvoorzitter.

  • Uitspraak van de latere PvdA lijsttrekker Timmermans, die zich verbaast over het grote engagement in de samenleving, dat zich niet in het zoeken en vinden van macht vertaalt. “Al die idealen die geen (politieke) huisvesting meer zoeken om ze duurzaam onder te brengen”, verzucht hij. De boodschap van Van de Ven is dat Timmermans en ook het PvdA-kader geen reële belangstelling hadden voor het engagement van anderen groepen, van XR tot Volt. Evenmin is er nauwelijks interesse in een gesprek met geëngageerden in eigen gelederen. Denk hier ook aan partijdemocratie!
  • Het Leeuwarden-incident. Op het oog een hilarische anekdote, maar het is een affront voor de vereniging PvdA.  De PvdA probeert in campagnetijd nog meer een grass roots organisatie te zijn dan anders.
    Het incident was dat in de verkiezingstijd een campagnebus vol met randstedelijke campagnevoerders in Leeuwarden werd uitgeladen om in het verre Friesland hun randstedelijke verhalen te gaan verkondigen.
    De Leeuwarder voorzitter ging daarover in de Haagse partijburelen verhaal halen. De landelijk partijvoorzitter verontschuldigde zich niet maar “berispte” de verontwaardigde voorzitter. Weg grass roots.

Fly on the wall

Van de Ven maakte het in die Haagse burelen allemaal mee, als fly on the wall. Het levert een mooi verhaal op. Hij hoorde echter niet wat aan de andere kant van de muur werd gezegd en meer nog: gedaan.
In de periode die hij beschrijft begon de partijtop de constitutionele checks and balances, waaruit de PvdA bestond, te ontmantelen.
Hieronder enkele ontwikkelingen die gelijktijdig met de vertelde spannende verhalen plaats vonden. En die Van de Ven aan de andere kant van de muur niet kon horen. Bijvoorbeeld, de volgende zes punten waren niet in de Haagse partijburelen te horen:

  • Er werd plotsklap een ledenraadpleging over “de fusie” gehouden. Dit instrument is bedoeld om de discussie te bevorderen door het peilen van de opinie. Over aard en omvang van een referendum als plebisciet is in de PvdA uitvoerig nagedacht. Ook Van de Ven gaat mee in het door de partijtop oproepen van een vrijblijvende rondvraag (een ledenraadpleging) tot een heus besluitvormend referendum over de keus van de partijtop om de PvdA op te heffen.
  • De partijtop traineerde in de periode die Van de Ven beschrijft, concrete voorstellen van deskundige leden om de partijdemocratie alsnog te moderniseren, tien jaar na de actie van Han Noten. Tien jaar eerder legde het partijbestuur de voor een modernisering noodzakelijke voorstellen naast zich neer.
    Van de Ven stelt dat alle vragen die bij een fusie horen nog steeds onbeantwoord zijn. Dan is het opmerkelijk dat de kanalen, waardoor een onderling gesprek over de inrichting van een vernieuwde organisatie mogelijk worden, niet worden gegraven.
  • De bestaande mogelijkheid om per afdeling of gewest gesprekken te voeren over voorstellen en plannen werd formeel beknot. Voor de kenner: de partijtop heeft het voorcongres afgeschaft.
  • De partijtop zette daar “ledengesprekken” voor in de plaats. Anders dan de term “ledengesprekken” suggereert, komt een overrompelende, professionele consultant de fusieboodschap uitleggen (in dit geval). De term “voortdenderende fusietrein” zou een betere benaming zijn geweest.
  • De verenigingsraad die – in het kader van de interne checks and balances – verantwoordelijk is voor structurele besluiten zoals financiën, organisatie, opheffing c.q. fuseren werd kalt gestellt. De raad bestond uit vertegenwoordigers van grotere afdelingen. Deze werden vervangen door vertegenwoordigers van gewesten, ver weg.
  • Het dubbellidmaatschap is bedoeld om mensen in gewetensnood het niet te moeilijk te maken om politiek te kunnen blijven functioneren. Ballotage is daarbij een veiligheidsklep.
    De partijtop gebruikte het dubbellidmaatschap om leden van GL de PvdA in te laten stromen.
    Het dubbel lidmaatschap werd gebruikt om via een administratief geitenpaadje het PvdA  lidmaatschap te verwateren.

Autoritaire stijl

Vermelding en beschrijving van deze en andere vergelijkbare ontwikkelingen hadden de contouren, van wat sommigen de (ondemocratische) “fusietrein” noemden, scherper gemaakt , ontdaan van soap elementen en in een ander licht gezet.

Het is niet verwonderlijk dat ook Van de Ven stelt dat voor de samenwerkingsconstructies  (en helemaal bij een fusie) alle vragen nog open liggen. Denk aan: Inhoud, strategie, financien, organisatie, wijze van ledenadministratie en het belangrijkste: het democratisch gehalte van de vereniging.
Van de Ven stelt dat alle vragen bij de PvdA nog steeds onbeantwoord zijn gebleven. Het is onontkoombaar dat er antwoorden moeten worden gegeven.
De manier waarop de openstaande vragen beantwoord gaan worden is toonzettend voor het democratisch gehalte van de toekomstige fusiepartij.
En dat is ook al een openstaande vraag.
Zal de autoritaire stijl van dedain voor partijdemocratie, die de partijtoppen van GroenLinks en PvdA tot nu toe hebben getoond, zich voort zetten?

Van de Ven heeft uiteraard nog geen antwoord. Een vervolg op zijn eerste boek is meer dan welkom. In de komende tijd verschijnen een reeks van artikelen en interviews in De Groene Amsterdammer. Om de ontwikkeling van het linkse verhaal kritisch te blijven volgen.

Geert Eggink

Laat een antwoord achter