Waarom het Rode Nest niet bereikt waarvoor het was opgericht

Een persoonlijke beschouwing
Het Rode Nest werd in 2017 opgericht met een heldere missie: de PvdA versterken en vernieuwen met concrete uitvoering van ledendemocratie. Ledenpanels, voorcongressen en moderne communicatiemiddelen moesten leden structureel meer invloed geven. Daarnaast moest ook nadrukkelijk aandacht komen voor de infrastructuur van de communicatie met de leden en de aanpassing van de administratieve systemen daarvoor. Dat is belangrijk voor rechtstreeks contact met de leden en ook om leden met elkaar in contact te kunnen brengen.
Er kwamen initiatieven, van succesvolle ledenpanels tot een goed gelezen nieuwsbrief. Maar het uiteindelijke doel – structurele borging binnen de partij – werd niet gehaald. Terwijl we daar als Rode Nest een volhardende en energievretende strijd voor hebben geleverd. In dit artikel deel ik waarom dat naar mijn mening zo is gegaan, wat er desondanks bereikt werd en vooral: welke lessen hieruit getrokken zouden moeten worden.

Verkiezingsnederlaag in 2017 is gebruikt om ledendemocratie te verminderen

Beschouwing over het Rode Nest door de jaren heen
De voorgeschiedenis en de beginjaren van het Rode Nest waren boeiend en vol optimisme over het inzetten van de ledendemocratie binnen de PvdA. Het oprichten van de onafhankelijke denk- en ontwikkeltank over het inzetten van de ledendemocratie binnen de PvdA was een gouden greep, want de kennis en kunde over ledendemocratie was maar beperkt binnen de partij.

Tot en met 2017 functioneerde het Rode Nest goed: het Rode Nest nam initiatieven en vroeg veel aandacht voor de ledendemocratie. Ook liepen de ontwikkelingen van de ledendemocratie voorspoedig. Er ontstond de kentering door de forse verkiezingsnederlaag in 2017. Ook het aftreden van partijvoorzitter Hans Spekman en verdwijnen van Jan Blom als directeur van het partijbureau waren voor de ledendemocratie forse aderlatingen, omdat beiden krachtige sponsoren waren van een levendige politieke vereniging.

De partijbesturen daarna onderkenden de waarde van de ledendemocratie niet en verscholen zich achter de financiële problemen om de verdere ontwikkeling en invoering ervan tegen te houden. Zij zagen ledendemocratie als een instrumentele werkwijze in plaats van een fundamentele werkwijze van waarde. Dat leidde tot de malaise waardoor het over de gehele linie minder ging met de ledendemocratie. Er was onvoldoende aandacht voor.

In september 2018 organiseerde het Rode Nest een najaarsoffensief en luidde de noodklok met de Werkconferentie Najaarsoffensief: het is 2 voor 12! Landelijk stond de voortgang van de ledendemocratie stil, terwijl het Rode Nest juist lokaal successen boekte in samenwerking met gewesten en afdelingen.

Het Rode Nest verzuimde zich activistisch op te stellen en meer samen te werken met individuele partijgenoten en besturen die wel op het vinkentouw zaten maar die daar niet van afkwamen. Het Rode Nest wachtte te veel af in plaats van meer contacten te leggen met het partijbestuur en het partijbureau. Het liet zich afschepen met vage woorden dat het partijbestuur actie zou ondernemen en het Rode Nest daarbij zou betrekken.

Geen continuïteit

In 2020 deed het Rode Nest nog een forse poging, en wel door de voorzitter lid te laten zijn van de werkgroep Ledendemocratie. De werkgroep kreeg de opdracht om de resultaten van de ledendemocratie 2015-2019 te evalueren en te komen tot vernieuwende ideeën van samenkomen, debat en digitale en fysieke inspraak voor leden en niet-leden.

Het Rode Nest heeft toen én die evaluatie uitgevoerd onder alle leden én een grondige analyse van de uitkomsten voor de werkgroep verricht. Ook aan het rapport van de werkgroep heeft het Rode Nest belangrijke bijdragen geleverd. Zo werd aandacht voor het bevragen van leden door middel van ledenpanels een nieuw zwaartepunt en de implementatie daarvan een zwaar punt van advies. Een taak die het Rode Nest organisatorisch bereid was op zich te nemen. Helaas werd deze aanbeveling door de daarop volgende werkgroep niet voldoende opgepakt en riepen zij het partijbestuur op om samen met het Rode Nest hiervoor een concreet ontwikkelingsplan te maken…

Na 2020 werd het Rode Nest echter steeds meer een roepende in de woestijn. We werden geen serieuze gesprekspartner van de landelijke partijbesturen omdat zij steeds minder affiniteit met ledendemocratie hadden. Gesprekken met het landelijk partijbestuur leverde vanaf 2021 niets op. Het had onvoldoende oog voor de opgebouwde expertise van het Rode Nest. (Vage) Beloften werden niet nagekomen, het bleken loze beloften. Ook werd door het partijbestuur het instrument ledenpanel (online de mening van de leden vragen over onderwerpen die er op dat moment toe doen) niet op waarde geschat, ondanks lokale successen daarmee.

Het Rode Nest concentreerde zich vanaf het begin op de lokale ledendemocratie: ledendemocratie van onderop. Dat leidde tot vele lokale successen. Zo’n 25 duizend leden maakten kennis met het ledenpanel. Dat leverde veel basisinformatie op. Deze resultaten werden door de landelijke partijbesturen niet herkend en erkend.

Succesvolle nieuwsbrief

De nieuwsbrief die het Rode Nest uitbracht (met meer dan 2.000 lezers) was een groot succes en werd steeds goed gelezen. Het fungeert (nog steeds) als het grootste periodiek voor kaderleden. Het Rode Nest heeft dat helaas onvoldoende kunnen verzilveren.

Het Rode Nest beschikte over onvoldoende menskracht en financiële middelen om aan de vraag van besturen om ondersteuning te voldoen. Het was lastig om landelijk te kunnen doorstoten. Er waren te (?) veel ideeën hoe we lokale besturen zouden kunnen ondersteunen en ook voor pilots.

Het Rode Nest heeft voor afdelingsbesturen en gewestelijke besturen vele ledenpanels (meer dan 100) met succes georganiseerd. Zo’n 25.000 (!) partijgenoten maakten met een ledenpanel kennis. Maar het Rode Nest had onvoldoende menskracht om besturen na het houden van een ledenpanel daadwerkelijk te ondersteunen met de opvolging van de uitkomsten van het panel: het houden van verdere discussies met de leden (wel werden stellingen aangeleverd), suggesties voor vervolgacties en een vervolgpanel. Daardoor bleef een ledenpanel op zichzelf staand en kon het niet in vast beleid worden omgezet.

Verschillende acties en ideeën konden we als Rode Nest helaas niet uitvoeren, ook weer door onvoldoende menskracht. Het organiseren van alle ledenpanels voor gewesten en afdelingen slokte veel van onze tijd op, maar waren een plezier om uit te voeren en stuk voor stuk een succes!

Het Rode Nest was te afhankelijk van de wil en interesse van lokale besturen van dat moment. Bij een volgend bestuur met nieuwe bestuursleden moesten we weer opnieuw beginnen, wat meestal niet lukte omdat de focus ergens anders lag. Er kwam daardoor geen continuïteit. Zie bijvoorbeeld de voorgeschiedenis van het Rode Nest bij de afdeling Amsterdam en van het Rode Nest bij het gewest Noord-Holland.

In de loop der jaren hebben we als Rode Nest veel bereikt en daar zijn we trots op. Het is bijzonder spijtig voor de partij dat we steeds meer een roepende in de woestijn werden en dat het vervolg en verankering van de ledendemocratie uitbleef. Daarmee hebben we ons einddoel niet bereikt. En dat stemt ons meer dan droef.

Conclusie

Na het schrijven van de vier artikelen over het verloop van de ledendemocratie en dat van het Rode Nest en mijn persoonlijke reflectie daarop, ontkom ik er niet aan om met scherpe conclusies te komen waarom het Rode Nest niet bereikte waarvoor het was opgericht, ondanks alle inspanningen en strijd die we als Rode Nest hebben gevoerd. En ondanks alles wat we wèl hebben bereikt! Ik ben hiervoor alle Rode Nesters door de jaren heen zeer erkentelijk en wil hen dan ook heel erg bedanken. Daar mogen we best trots op zijn. Maar helaas overheerst het gevoel dat we niet bereikt hebben wat we wilden.

1. Wat we als Rode Nest wilden bereiken
Bij de start formuleerden we drie kernambities:

  1. De vereniging PvdA werkt niet meer top-down maar bottom-up.
  2. Je partijlidmaatschap betekent permanente betrokkenheid en invloed en deelname aan de besluitvorming binnen de partij.
  3. Volle inzet van moderne communicatie middelen voor de communicatie tussen leden onderling.

Die kernambities wilden we bereiken door:

  1. Ledenpanels standaard invoeren om de meningen van de leden te pijlen en als startpunt te nemen voor verdere discussie, in alle lagen van de partij.
  2. Permanente communicatie tussen leden. Niet alleen communicatie naar alle leden, maar juist ook naar het individu met dialoog/ delen/ interactiviteit en het organiseren van responsiviteit (ledenprofielen aanleggen). Om dit te kunnen realiseren is aanpassing van de infrastructuur van de communicatie noodzakelijk.
  3. Heldere, eenduidige en begrijpelijke informatie over het te behandelen onderwerp of de agenda.
  4. Voldoende discussie en debat en platforms: fysiek en digitaal, goed bereikbaar en toegankelijk voor alle leden.
  5. Voorcongressen versterken, inclusief route voor moties en inhoudelijke voorbereiding.
  6. Structurele opvolging en verantwoording: aangenomen moties en adviezen moeten zichtbaar gevolgen krijgen.

Het congres onderschreef deze ambities in verschillende moties. In de praktijk bleef de uitvoering echter ver achter of werd helemaal niet opgepakt.

2. Wat wel werkte

Ondanks de stagnatie op landelijk niveau, zijn er mooie resultaten geboekt:

  • Meer dan 100 ledenpanels werden georganiseerd, met responspercentages tussen de 20 en 36%. Deelnemers gaven uitgebreide antwoorden en waardevolle input. Het bleek een waardevol instrument.
  • Nieuwsbrief Rode Nest groeide naar meer dan 2.000 lezers, met een hoge betrokkenheid en veel doorverwijzingen naar panels en bijeenkomsten.
  • Lokale successen in gewesten als Noord-Holland en Utrecht, waar ledenpanels en voorcongressen daadwerkelijk bijdroegen aan betere discussies en besluiten.
  • Lokale successen bij afdelingen met ledenpanels ter voorbereiding van ledenbijeenkomsten.
  • Grondige landelijke evaluatie ledendemocratie in opdracht van de werkgroep Ledendemocratie (2019)

Deze ervaringen bewezen dat het kán werken: leden zijn bereid mee te doen, mits hun stem serieus genomen wordt.

3. Waar het stokte

Factoren Rode Nest

  • Beperkte capaciteit: opvolging en doorvertaling van panelresultaten vergden bij het Rode Nest meer tijd en menskracht dan beschikbaar was: onvoldoende menskracht om alle acties en ideeën te kunnen uitvoeren.
  • Onvoldoende financiële middelen om eigen initiatieven te kunnen uitvoeren
  • Te afwachtende opstelling: het Rode Nest bleef lang in gesprek met het partijbestuur, terwijl harde afspraken uitbleven. Een meer activistische instelling was beter geweest.

Externe factoren

  • Bezuinigingen na 2017: pilots werden stopgezet, middelen voor vernieuwing verdwenen.
  • Vertrek van voorvechters (partijvoorzitter Spekman, directeur partijbureau Blom)
  • Nieuwe landelijke partijbesturen misten affiniteit met ledendemocratie en bleven top-down opereren.
  • Geen aandacht van de partijtop voor lokale ledendemocratie, democratie van onderop.
  • Besturen zagen onvoldoende de kracht van het instrument ledenpanel om de meningen van de leden als startpunt voor verder discussie in te zetten.
  • Besturen onderkenden onvoldoende de opgebouwde expertise van het Rode Nest.
  • Te afhankelijk van wil en interesse van lokale besturen voor lokale ledendemocratie.
  • Het ontbreken van continuïteit bij nieuwe besturen van gewesten en afdelingen: zij misten de nodige informatie, wil en interesse die vorige besturen wel hadden.

Structurele factoren

  • Geen mandaat en borging: er kwam geen vaste plek of budget in de partijstructuur. Succes bleef afhankelijk van losse initiatieven.
  • Top-down cultuur: rapporten verdwenen in een la, moties werden genegeerd of half uitgevoerd, en gesprekken met leden werden als voldoende gezien terwijl echte besluitmacht ontbrak.
  • Ontbreken van de noodzakelijke infrastructuur voor het organiseren van de dialoog met de leden en het organiseren van responsiviteit (ledenprofielen aanleggen); er was geen aandacht voor.
  • Mobiliseren van leden, ledenparticipatie en verbinding met de leden kwamen niet tot stand omdat de partijtop dat negeerde.

Het resultaat: veel energie en lokaal succes, maar geen duurzame verankering landelijk.

Hans Aertsen

Laat een antwoord achter