Voormalig Guardian-journalist pleit voor frisse kijk op herverdeling

David Goodhart, heeft een boek geschreven over hoe de kloof tussen de “winnaars” en “verliezers” van de  globalisering gedicht zou kunnen worden. Dit is vanzelfsprekend in het huidige, gepolariseerde, politiek maatschappelijk klimaat een “ hell of a job”, niet in de laatste plaats omdat een politiek debat, met de nodige nuances over voors en tegens, bijna niet meer gevoerd wordt.

In het eerste nummer van de Nieuwsbrief Het Rode Nest nummer hebben we aandacht gevraagd voor een prikkelende analyse van de Minister van Justitie Ferdinand Grapperhaus: Rafels aan de Rechtsstaat.

Dit keer gaan we over de grens: voormalig Guardian-journalist, David Goodhart, heeft een boek geschreven over hoe de kloof tussen de winnaars en de verliezers van de globalisering gedicht zou kunnen worden. Dit is vanzelfsprekend in het huidige, gepolariseerde, politiek maatschappelijk klimaat een “hell of a job”, niet in de laatste plaats omdat een politiek debat, met de nodige nuances over voors en tegens bijna niet meer gevoerd wordt. Bovendien: de veranderingen gaan snel en de beter geschoolden kunnen die snelle veranderingen beter aan dan de minder geschoolden.

Goodhart doet zijn analyse van de Britse situatie (die overigens maar gedeeltelijk te vergelijken is met de Nederlandse situatie) aan de hand van veel onderzoeksgegevens, uit peilingen en panels. Vergelijkbaar met hoe bij ons het Sociaal Cultureel Planbureau te werk gaat.

Twee voorbeelden: in Groot Brittannië zijn de uitgaven in het onderwijs de afgelopen decennia voor een onevenredig deel toebedeeld aan de universiteiten (er zijn zelfs zeven nieuwe universiteiten gesticht!). De uitgaven voor lagere vormen van onderwijs en voor beroepsopleidingen zijn sterk achtergebleven. Maar ook het Britse bedrijfsleven heeft de uitgaven voor beroepsopleidingen naar vrijwel nul teruggebracht. De verhouding tussen uitgaven aan wetenschappelijk onderwijs per student, vergeleken met die van de beroepsopleidingen is 5:1 geworden.

In Groot Brittannië zijn de uitgaven voor belangrijke overheidsvoorzieningen, zoals de kinderopvang, voor een groot deel ten goede gekomen aan de hogere inkomens en zijn de wat meer op de klassieke familieformule gerichte huishoudens (vaak met lagere inkomens) duidelijk minder bedeeld, zowel omdat ze minder van deze voorzieningen gebruik maken, als door allerlei ongewenste inkomenseffecten. Als zij gaan (parttime) werken raken zij direct allerlei inkomenstoeslagen kwijt. De positie van de lagere inkomens (en vooral van eenoudergezinnen) is daardoor relatief verslechterd.

Deze twee voorbeelden maken duidelijk dat het achterstandsgevoel van de “globaliseringsverliezers” niet alleen op basis van sentiment kan worden verklaard, maar ook op harde feiten is gebaseerd.

Goodhart onderbouwt, aan de hand van cijfers, dat een open opstelling naar de wereld z.i. een goede zaak is, maar dat daarmee het klassieke, sociaal democratische verdelingsvraagstuk sterk aan politieke actualiteit heeft gewonnen.

Zijn de globaliseringswinnaars, die onevenredig profiteren van een overigens zeer bescheiden positief effect van de wereldhandel, bereid om dit verdelingsvraagstuk te herijken?

Het is m.i. zeer nuttig om bijv. met hulp van ons wetenschappelijk bureau, de Wiardi Beckmanstichting, na te gaan hoe het verdelingsvraagstuk m.b.t. bovenstaande twee voorbeelden zich in Nederland heeft ontwikkeld. Het zou wel eens kunnen blijken, dat ook de PvdA een aantal verdelingsvraagstukken dient te herijken.

Natuurlijk besteedt Goodhart ook aandacht aan demografische en typisch regionale vraagstukken in Groot Brittannië. Ook het identiteitsvraagstuk en de vele populistische stromingen krijgen bij hem veel aandacht.  Populisme is geen eenheidsworst! Veel aandacht voor het belang van samenhang in buurten en kleinschalige ontwikkelingen. De “winnaars” van de globalisering moeten zich meer inleven en respect tonen voor de “verliezers”. Zij die de traditionele familiewaarden meer waarderen en de kwaliteit van het met elkaar samenleven beter op waarde weten te schatten dan de wereldreizigers, willen dat deze waarden meer serieus worden genomen.  Tot zover deze (te) korte samenvatting.

Wat mij betreft is het boek van Goodhart een “wake up call” voor alle progressief denkenden, om de emancipatie-zegeningen van de afgelopen decennia te voorzien van een gezond politiek debat en na te denken over een aantal herijkingen. We zijn teveel een samenleving geworden, waarin de winsten (en vermogens) steeds ongelijker aan de samenleving toevallen.

Progressieven hebben in ons tijdgewricht de plicht en de opgave verdelingsvraagstukken op een nieuwe en inspirerende leest te schoeien. Dat zal misschien enigszins pijnlijk zijn voor degenen die tot de globaliseringswinnaars behoren, maar is absoluut nodig om de kloof tussen winnaars en verliezers te dichten. Aan de slag!  Met onder meer het Van waarde rapport van onze partij in de hand gaan we werken aan een nieuw langere termijnverhaal van de sociaal democratie, op 1 mei a.s. uit te spreken door Lodewijk Asscher. Dit laatste is een vurige wens van ondergetekende.

Louis Genet

Laat een antwoord achter