Gewest Noord-Holland lanceert drie ladenpanels om wensen nieuwe leden te achterhalen

Waar komen nieuw leden in terecht, wat is hun thuis?

 Het gewestelijk bestuur van Noord-Holland heeft met drie afzonderlijke panels in Noord-Holland de vraag gesteld, wat het thuis is dat de PvdA nieuwe leden kan bieden.

Bestuurslid Bert Breij heeft voor het gewestelijk bestuur, samen met het Rode Nest, een drietal panels op poten gezet. De drie panels hebben een schat aan informatie opgeleverd die ongetwijfeld tot discussie en zelfonderzoek zullen leiden. De informatie wordt nog deze zomer verwerkt tot een presentabel geheel, zodat het gesprek erover het komend najaar kan beginnen.

PvdA Noord-Holland wil nieuwe leden een echt thuis bieden

 Het gewest Noord-Holland heeft de afgelopen jaren een traditie ontwikkeld om veel ledenpanels  te houden en heeft daarbij zoveel mogelijk leden betrokken. De panels hebben de afgelopen jaren zo goed gewerkt, dat niet alleen bij nieuwe leden, maar ook bij afdelingsbesturen, hun gemeenteraadsfracties en fractieleden, panels zijn gehouden. De PvdA Noord-Holland kijkt daarmee naar zich zelf.

Waarom drie afzonderlijke panels?

Voor het bestuur van het gewest Noord-Holland was de aanleiding eenvoudig: De vraag is hoe gaat de vereniging met nieuwe leden om? Klassieke punten als opvang, talentscouting en behoefte aan opleiding kwamen al voorbij. Maar ook nieuwe vragen kwamen op, zoals:

– Ervaren de nieuwe leden de PvdA als hun “thuis”?

– Wat vinden nieuwe leden van de vereniging?

– Onder welke condities kunnen zij hun talenten ontplooien?

– Zijn er kaderleden die begrijpen wat een nieuw lid beweegt om lid te zijn en te blijven?

– Stimuleren kaderleden hun partijgenoten om in actie te komen?

– Hoe staat het met de samenwerking die nodig is voor het opzetten van campagnes en acties?

– Kunnen leden van de vereniging elkaar vinden?

  Vitaliteit

 Al met al kom je op een punt uit dat je de “vitaliteit” van een afdeling kunt noemen: Versterken de partijgenoten elkaar in het ontplooien van hun capaciteiten qua kennis, kunde en plek in de maatschappij?

Door te vragen naar de vitaliteit van een afdeling spoor je de sterke en minder sterke punten in de organisatie van de vereniging op. En die kennis kunnen de afdeling en het gewest gebruiken om verbeterpunten aan te wijzen.

Tot zover de methode. Het klinkt nu nog wat abstract, maar zie maar eens welke resultaten het nu nog ruwe materiaal gaat opleveren! En dan gaat het niet alleen om de gesloten vragen maar ook om de verhalen die men in de ruimte voor open vragen heeft opgeschreven. Er ligt genoeg voor vele verbeterpunten.

Denk aan het vermogen om elkaar te kunnen overtuigen van standpunten en opvattingen. Iedereen weet dat bijvoorbeeld het debatteren in de vereniging te vaak gericht is op het op elkaar reageren met vlotte babbels en retoriek. Of denk aan de mismatches waarin een nieuw lid aangeeft niets voor de partij te doen omdat deze niet reageert op mails, waarbij blijkt dat de afdeling de mails niet eens opent, omdat niemand dat nu eenmaal doet(!).

Naar aanleiding van deze drie panels in Noord-Holland valt in het najaar van 2020 veel te bespreken en nog veel meer te doen.

Geert Eggink

 

 

Laat een antwoord achter