Moeten wij de Partij van de Zekerheid worden?

In de eerste week van het nieuwe jaar moest ik in de Volkskrant lezen dat wij de Partij van de Zekerheid zijn geworden, de PvdZ. Dit is het resultaat van een advies van Marc Oosterhout, directeur van reclamebureau N=5  aan Lodewijk Asscher, onze partijleider en het partijbestuur. Het blijkt al een jaar zo te zijn, zonder dat wij, de partijleden (zonder wie er geen partij zou zijn) er iets van wisten.

Nieuw merkbeeld moet de partij uit het slop halen
De weg uit het dal van “Rutte II” is lang en moeizaam

Dat wij de Partij van de Zekerheid moeten worden blijkt uit het gebruik van de woorden “zeker” en “zekerheid” die sinds een jaar opduiken in tweets en YouTube filmpjes, in debatten en moties, op posters en in speeches van de partij. Marc Oosterhout vond dat politieke partijen tegenwoordig teveel op elkaar lijken. Hij dacht dat er vooral behoefte was aan meer zekerheid en dat je je daarmee goed kon onderscheiden van andere partijen. Zijn advies viel bij Lodewijk  in goede aarde en zodoende….

En wij maar denken dat het verkiezingsverlies lag aan de rechtse, dicht tegen het neoliberalisme van de VVD aan schurende koers die de partij de laatste decennia heeft genomen. En wij niet alleen, als je de media moet geloven. Dat blijkt niet zo te zijn, las ik in de Volkskrant. Juist omdat de PvdA-politici de fout maakten zich te beroepen op de verantwoordelijkheid die ze namen tijdens de economische crisis, konden ze  niet vooruit kijken. En kiezers willen nu eenmaal weten hoe het verder moet. Het gaf ze een onveilig gevoel en daardoor stemden ze niet meer op de PvdA. Dat gevoel van onzekerheid moest worden omgebogen naar zekerheid: vandaar de Partij van de Zekerheid. Oosterhout denkt dat als je dat maar genoeg herhaalt, de PvdA in een jaar of vier synoniem staat voor zekerheid.

Willen de leden dit ook?

Zekerheid is iets wat bijna iedereen nastreeft juist omdat het zo onzeker is of je dat bereikt. Wellicht voor een korte tijd, maar langdurige zekerheid – wat wordt gesuggereerd als je er jarenlang op hamert dat de partij dat kan bieden – zeker niet. Dat zal onze partij geen goed doen en dan wordt het nog moeilijker om uit het dal te klimmen.

Wat de leden nu vinden en willen is in de gesprekken tussen Asscher en Oosterhout niet ter sprake gekomen. Misschien omdat er meer kiezers waren dan leden? Van de leden zijn er zo’n vijfduizend weggelopen, van de kiezers veel en veel meer. Daarom zou het best goed zijn geweest als de leden ook waren geraadpleegd voordat er nog meer gedachtegoed (noemde Wim Kok dat geen ideologische veren?) wordt afgeschaft. Juist dat gedachtegoed is wat de leden bindt. De solidariteit met de minder bedeelden bijvoorbeeld, terwijl de partijtop zich de afgelopen decennia heeft verbonden met de Derde Weg en de maatregelen die er voor zorgden dat het grote bedrijfsleven het eerst aan de beurt kwam bij het verdelen van de belastingcenten en de gewone burger het laatst. De economie kwam daarbij meestal op de eerste en het milieu op de laatste plaats. Daarvoor was altijd wel een excuus aan te voeren, zoals een economische crisis, de werkgelegenheid of het vestigingsklimaat waarmee de maatregelen werden goedgepraat.

Ledendemocratie van onderop

Volgens mij wordt je lid van een politieke partij omdat je invloed wilt uitoefenen op de koers van de partij. Het Rode Nest noemt dat ledendemocratie van onderop. Een groeiend aantal leden werkt er al jaren aan om dat hoger op de agenda te krijgen. Volgens het Rode Nest maakt ledendemocratie van onderop de partij weer aantrekkelijk voor de leden. We moeten er samen aan kunnen werken dat Nederland socialer wordt, mensen weer solidair met elkaar zijn en de verschillen tussen arm en rijk niet zo groot worden als in de VS. De top en de leden van de partij moeten weer op één lijn komen, zodat duidelijk is dat er wordt gestreefd naar goede voorzieningen, die iedereen nodig heeft, zoals een eerlijke zorgverzekering, fatsoenlijk loon, behoorlijke arbeidsvoorzieningen, betaalbare, goede woningen en zorg voor de kwetsbare mensen in onze maatschappij. Voorzieningen die er gewoon waren voordat ze werden geprivatiseerd en aan de markt over gelaten. Kortom, we willen wel meer zekerheid, maar geen schijnzekerheid. We willen dat de partijtop zich druk maakt om wat ze voor de leden en kiezers kunnen bereiken. Mij lijkt dit een uitstekend onderwerp om op een partijcongres of politieke ledenraad te bespreken in het kader van het ooit door het congres genomen besluit over ledendemocratie van onderop.

Margreet Elings

0 gedachten over “Moeten wij de Partij van de Zekerheid worden?

  • Yvonne de Groot zegt:

    Goed stuk, maar zouden ze dat in Den Haag (PvdA) wel (kunnen) begrijpen? Eerst maar eens bekennen dat ze 5 jaar fout zaten. Misschien dat de “oude” PvdA kiezers dan eens willen kijken hoe het nu verder moet. Na ruim 40 jaar lidmaatschap heb ik behoefte aan excuses. En geen typjes zoals Samsom en Asscher, die de minder gefortuneerde burger wil opschepen met dure aanpassingen aan het milieu en van ouderen vinden dat ze (door hard werken) te rijk zijn geworden.

  • Anne de Jong zegt:

    Ik vind het aangesneden punt belangrijk en ik kan ook de inhoud heel goed volgen en daar mee instemmen. Dat er gekozen is in de top zonder leden is ondemocratisch en ook niet erg respectvol voor betrokken leden. Bovendien is het raadplegen van een reclamedeskundige niet verkeerd maar in eerste instantie vreemd als je niet weet wat je wilt aanbieden. Of zekerheid de kern is van de sociaaldemocratie dacht ik ook niet maar waar onze partij voor staat is wel eerlijk delen en dus ook vanzelf zekerheden eerlijk delen en vooral ook aktief nivelleren en zo met z’n allen geluk kunnen ervaren. Niemand buitensluiten is ook zo waardevol aan onze uitgangspunten. Ik denk dat dit wel in de buurt komt waarom ik de partij en dan met name de leden en aanhangers zo geweldige mensen vind. Zeker weten. Maar ik vind het ook zeer belangrijk dat ieder mens naast weten wat je kan ook weet wat je niet kan en dat je daardoor beseft dat samenwerken belangrijk is maar ook beseffen dat je niet alles weet. Je hebt elkaars deskundigheden nodig. Ik ben dus blij dat we ook kanjers en deskundige hebben op gebied bijvoorbeeld van economie ( ik licht er even uit Henk Nijboer en Jeroen Dijselbloem ) kijk deze leden hebben de uitgangspunten in hun hart maar ook waanzinnig veel kennis en ook de vaardigheden dat uit te dragen. Dan krijgen ze van mij respect en interesse en ben ik bescheiden in mijn mening behalve eerlijk delen, nivelleren en niemand uitsluiten. Ze kunnen absoluut vereenvoudigen voor mij of leerzame stukken maken voor me om meer te begrijpen. Maar mijn bijdrage aan een beoordeling van de economische aspecten van sociaal democratische waarden is bescheiden. Leden van ons geven ook dat respect hoop ik aan hen die bovenaan hun nek uit steken. Zo kijk ik deels ook naar de ondemocratische omarming van een reclamebureau en thema Zekerheid. Ik heb zelf uit het Rode boekje van Daan Sanders wel sterkere elementen gelezen van onze partij identiteit. Mijn voorkeur heb ik al aangegeven maar het probleem voor mij is dat ik toch geen deskundige ben in de reclamebranche. Toch had het mij wel positief gestemd als mij was gevraagd wat ik het belangrijkste onderdeel van de sociaal democratie zou vinden en dat zou zijn geen grote verschillen tussen mensen. Niet in welvaart en niet in narigheid. Maar het kan best dat onderzoek had uitgewezen dat zekerheid het thema deze keer is.

Laat een antwoord achter